Woxikon / Dicionário / Português Holandês / A / alledaags

PT NL Traduções de Português Holandês para alledaags

Obteve 49 resultados para o termo de pesquisa alledaags
Ir para Holandês » Português
NL Holandês PT Português
alledaags (a) [gebeurtenis] usual (a) [gebeurtenis]
alledaags (a) [gebeurtenis] ordinário (a) {m} [gebeurtenis]
alledaags (a) [gewoon] ordinário (a) {m} [gewoon]
alledaags (adj) [ordinary] ordinário (adj) {m} [ordinary]
alledaags (adj n) [appropriate for ordinary use, rather than for special occasions] cotidiano (adj n) [appropriate for ordinary use, rather than for special occasions]
NL Holandês PT Português
alledaags (a) [banaal] cotidiano (a) [banaal]
alledaags (a) [belangrijkheid] cotidiano (a) [belangrijkheid]
alledaags (a) [eenvoudig] cotidiano (a) [eenvoudig]
alledaags (a) [gebeurtenis] cotidiano (a) [gebeurtenis]
alledaags (a) [gewoon] cotidiano (a) [gewoon]
alledaags (a) [banaal] usual (a) [banaal]
alledaags (a) [belangrijkheid] usual (a) [belangrijkheid]
alledaags (a) [eenvoudig] usual (a) [eenvoudig]
alledaags (a) [eenvoudig] ordinário (a) {m} [eenvoudig]
alledaags (a) [gewoon] usual (a) [gewoon]
alledaags (a) [banaal] caseiro (a) [banaal]
alledaags (a) [belangrijkheid] caseiro (a) [belangrijkheid]
alledaags (a) [eenvoudig] caseiro (a) [eenvoudig]
alledaags (a) [gebeurtenis] caseiro (a) [gebeurtenis]
alledaags (a) [gewoon] caseiro (a) [gewoon]
alledaags (a) [banaal] simples (a) [banaal]
alledaags (a) [belangrijkheid] simples (a) [belangrijkheid]
alledaags (a) [eenvoudig] simples (a) [eenvoudig]
alledaags (a) [gebeurtenis] simples (a) [gebeurtenis]
alledaags (a) [gewoon] simples (a) [gewoon]
alledaags (adj n) [commonplace, ordinary] comum (adj n) {m} [commonplace, ordinary]
alledaags (a) [belangrijkheid] banal (a) [belangrijkheid]
alledaags (a) [eenvoudig] banal (a) [eenvoudig]
alledaags (a) [gebeurtenis] banal (a) [gebeurtenis]
alledaags (a) [gewoon] banal (a) [gewoon]
alledaags (a) [banaal] trivial (a) [banaal]
alledaags (a) [belangrijkheid] trivial (a) [belangrijkheid]
alledaags (a) [eenvoudig] trivial (a) [eenvoudig]
alledaags (a) [gebeurtenis] trivial (a) [gebeurtenis]
alledaags (a) [gewoon] trivial (a) [gewoon]
alledaags (a) [banaal] comum (a) {m} [banaal]
alledaags (a) [belangrijkheid] comum (a) {m} [belangrijkheid]
alledaags (a) [banaal] banal (a) [banaal]
alledaags (a) [eenvoudig] comum (a) {m} [eenvoudig]
alledaags (a) [gebeurtenis] comum (a) {m} [gebeurtenis]
alledaags (a) [gewoon] comum (a) {m} [gewoon]
alledaags (a) [banaal] lugar-comum (a) [banaal]
alledaags (a) [belangrijkheid] lugar-comum (a) [belangrijkheid]
alledaags (a) [eenvoudig] lugar-comum (a) [eenvoudig]
alledaags (a) [gebeurtenis] lugar-comum (a) [gebeurtenis]
alledaags (a) [gewoon] lugar-comum (a) [gewoon]
alledaags (a) [banaal] ordinário (a) {m} [banaal]
alledaags (a) [belangrijkheid] ordinário (a) {m} [belangrijkheid]
alledaags (adj n) [commonplace, ordinary] ordinário (adj n) {m} [commonplace, ordinary]

Traduções de Holandês Português

NL Sinónimos de alledaags PT Traduções
banaal [gewoon] banal
eenvoudig [gewoon] expediente {m}
onopvallend [gewoon] discretamente
informeel [gemeenzaam] coloquial
dagelijks [alledaags] diário {m}
gewoon [triviaal] comum {m}
volks [triviaal] comum {m}
afgezaagd [banaal] brega (adj)
ordinair [banaal] espalhafatoso
plat [banaal] murcho
vulgair [banaal] suja