Obteve 40 resultados para o termo de pesquisa maar
NL Holandês PT Português
maar (o) [ware het niet dat] somente (o) [ware het niet dat]
maar (o) [algemeen] aparte de que (o) [algemeen]
maar (o) [slechts] aparte de que (o) [slechts]
maar (o) [toch] aparte de que (o) [toch]
maar (o) [ware het niet dat] aparte de que (o) [ware het niet dat]
NL Holandês PT Português
maar (o) [algemeen] salvo (o) [algemeen]
maar (o) [slechts] salvo (o) [slechts]
maar (o) [toch] salvo (o) [toch]
maar (o) [ware het niet dat] salvo (o) [ware het niet dat]
maar (o) [slechts] somente (o) [slechts]
maar (o) [ware het niet dat] se não (o) [ware het niet dat]
maar (o) [slechts] simplesmente (o) [slechts]
maar (o) [ware het niet dat] simplesmente (o) [ware het niet dat]
maar (o) [slechts] apenas (o) [slechts]
maar (o) [ware het niet dat] apenas (o) [ware het niet dat]
maar (conj) [but] apesar de (conj) [but]
maar (o) [slechts] meramente (o) [slechts]
maar (o) [ware het niet dat] meramente (o) [ware het niet dat]
maar (prep adv conj n) [although] embora (prep adv conj n) [although]
maar (conj) [but] embora (conj) [but]
maar (o) [ware het niet dat] contudo (o) [ware het niet dat]
maar (prep adv conj n) [rather] mas (prep adv conj n) [rather]
maar (o) [toch] mas (o) [toch]
maar (o) [ware het niet dat] mas (o) [ware het niet dat]
maar (o) [algemeen] porém (o) [algemeen]
maar (prep adv conj n) [rather] porém (prep adv conj n) [rather]
maar (o) [toch] porém (o) [toch]
maar (o) [ware het niet dat] porém (o) [ware het niet dat]
maar (o) [algemeen] contudo (o) [algemeen]
maar (o) [toch] contudo (o) [toch]
maar (o) [algemeen] mas (o) [algemeen]
maar (o) [algemeen] todavia (o) [algemeen]
maar (o) [toch] todavia (o) [toch]
maar (o) [ware het niet dat] todavia (o) [ware het niet dat]
maar (o) [algemeen] ainda assim (o) [algemeen]
maar (o) [toch] ainda assim (o) [toch]
maar (o) [ware het niet dat] ainda assim (o) [ware het niet dat]
maar (o) [algemeen] se não (o) [algemeen]
maar (o) [slechts] se não (o) [slechts]
maar (o) [toch] se não (o) [toch]

Traduções de Holandês Português

NL Sinónimos de maar PT Traduções
bezwaar [bedenking] n Einwand {m}
tegenwerping [bedenking] f Einwand {m}
slechts [slechts] nur
steeds [almaar] immer
voortdurend [almaar] stetig