Obteve 31 resultados para o termo de pesquisa oproer
NL Holandês PT Português
oproer (n) [politiek] {n} turbulência (n) {f} [politiek]
oproer (n) [politiek] {n} insurgência (n) {f} [politiek]
oproer (n) [algemeen] {n} insurgência (n) {f} [algemeen]
oproer (n) [politiek] {n} insurreição (n) {f} [politiek]
oproer (n) [algemeen] {n} insurreição (n) {f} [algemeen]
NL Holandês PT Português
oproer (n) [politiek] {n} revolta (n) {f} [politiek]
oproer (n) [algemeen] {n} revolta (n) {f} [algemeen]
oproer (n) [politiek] {n} distúrbio (n) {m} [politiek]
oproer (n) [onrust] {n} distúrbio (n) {m} [onrust]
oproer (n) [geweld] {n} distúrbio (n) {m} [geweld]
oproer (n) [politiek] {n} convulsão (n) {f} [politiek]
oproer (n) [onrust] {n} convulsão (n) {f} [onrust]
oproer (n) [geweld] {n} convulsão (n) {f} [geweld]
oproer (n) [politiek] {n} desordem (n) {f} [politiek]
oproer (n) [onrust] {n} desordem (n) {f} [onrust]
oproer (n) [geweld] {n} desordem (n) {f} [geweld]
oproer (n) [geweld] {n} agitação (n) {f} [geweld]
oproer (n) [onrust] {n} turbulência (n) {f} [onrust]
oproer (n) [geweld] {n} turbulência (n) {f} [geweld]
oproer (n) [politiek] {n} tumulto (n) {m} [politiek]
oproer (n) [onrust] {n} tumulto (n) {m} [onrust]
oproer (n) [geweld] {n} tumulto (n) {m} [geweld]
oproer (n) [politiek] {n} fermentação (n) {f} [politiek]
oproer (n) [onrust] {n} fermentação (n) {f} [onrust]
oproer (n) [geweld] {n} fermentação (n) {f} [geweld]
oproer (n) [politiek] {n} comoção (n) {f} [politiek]
oproer (n) [onrust] {n} comoção (n) {f} [onrust]
oproer (n) [geweld] {n} comoção (n) {f} [geweld]
oproer (n) [noisy excitement] {n} rebuliço (n) {m} [noisy excitement]
oproer (n) [politiek] {n} agitação (n) {f} [politiek]
oproer (n) [onrust] {n} agitação (n) {f} [onrust]

Traduções de Holandês Português

NL Sinónimos de oproer PT Traduções
opstand [beroering] m opstand (v n)
revolutie [beroering] f revolution (n)
rebellie [muiterij] f opstand (v n)