Obteve 56 resultados para o termo de pesquisa vroeger
NL Holandês PT Português
vroeger (a) [algemeen] prévio (a) [algemeen]
vroeger (o) [tijd] ido (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] ido (o) [verleden]
vroeger (a) [algemeen] anterior (a) [algemeen]
vroeger (adv adj) [former, previous] anterior (adv adj) [former, previous]
NL Holandês PT Português
vroeger (a) [tijd] anterior (a) [tijd]
vroeger (o) [tijd] anterior (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] anterior (o) [verleden]
vroeger (a) [algemeen] precedente (a) {m} [algemeen]
vroeger (a) [tijd] precedente (a) {m} [tijd]
vroeger (o) [tijd] precedente (o) {m} [tijd]
vroeger (o) [verleden] precedente (o) {m} [verleden]
vroeger (o) [tijd] há muito tempo (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] há muito tempo (o) [verleden]
vroeger (a) [tijd] ido (a) [tijd]
vroeger (a) [tijd] prévio (a) [tijd]
vroeger (o) [tijd] prévio (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] prévio (o) [verleden]
vroeger (a) [algemeen] antes (a) [algemeen]
vroeger (prep adv conj) [at an earlier time] antes (prep adv conj) [at an earlier time]
vroeger (a) [tijd] antes (a) [tijd]
vroeger (o) [tijd] antes (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] antes (o) [verleden]
vroeger (a) [algemeen] mais cedo (a) [algemeen]
vroeger (a) [tijd] mais cedo (a) [tijd]
vroeger (o) [tijd] mais cedo (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] mais cedo (o) [verleden]
vroeger (o) [tijd] previamente (o) [tijd]
vroeger (a) [tijd] naquela época (a) [tijd]
vroeger (a) [tijd] passado (a) {m} [tijd]
vroeger (o) [tijd] passado (o) {m} [tijd]
vroeger (o) [verleden] passado (o) {m} [verleden]
vroeger (a) [algemeen] então (a) [algemeen]
vroeger (a) [tijd] então (a) [tijd]
vroeger (o) [tijd] então (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] então (o) [verleden]
vroeger (o) [tijd] antes de (o) [tijd]
vroeger (a) [algemeen] naquele tempo (a) [algemeen]
vroeger (a) [tijd] naquele tempo (a) [tijd]
vroeger (o) [tijd] naquele tempo (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] naquele tempo (o) [verleden]
vroeger (a) [algemeen] naquela época (a) [algemeen]
vroeger (a) [algemeen] passado (a) {m} [algemeen]
vroeger (o) [tijd] naquela época (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] naquela época (o) [verleden]
vroeger (o) [tijd] anteriormente (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] anteriormente (o) [verleden]
vroeger (o) [tijd] antigamente (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] antigamente (o) [verleden]
vroeger (o) [tijd] no passado (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] no passado (o) [verleden]
vroeger (a) [algemeen] naqueles dias (a) [algemeen]
vroeger (a) [tijd] naqueles dias (a) [tijd]
vroeger (o) [tijd] naqueles dias (o) [tijd]
vroeger (o) [verleden] naqueles dias (o) [verleden]
vroeger (a) [algemeen] ido (a) [algemeen]

Traduções de Holandês Português

NL Sinónimos de vroeger PT Traduções
voorbij [vervlogen] да́льше (prep adv n)
voormalig [vervlogen] пре́жний (adv adj)
oud [vervlogen] старый (adj)
eer [eerder] m хвала́ (n v)
eerder [eer] бо́лее ра́нний (adj adv)
eerst [aanvankelijk] в пе́рвую о́чередь (adj adv n)
weleer [voorheen] было́е (n)
eertijds [voorheen] было́е (n)
vervlogen [oud] про́шлый (adj n)
voorheen [eertijds] ра́ньше (prep adv conj)