Obteve 3 resultados para o termo de pesquisa een onderscheid maken tussen
Ir para
NL Holandês PT Português
een onderscheid maken tussen (v) [persoon] discriminar (v) [persoon]
een onderscheid maken tussen (v) [persoon] fazer a diferença entre (v) [persoon]
een onderscheid maken tussen (v) [persoon] tratar de modo diferente (v) [persoon]

NL PT Traduções para een

een (v) [to fart] {m} soltar (v) [to fart]
een (n v) [to bathe using a shower] {m} tomar (n v) [to bathe using a shower]
een (a) [algemeen] {m} um certo (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} um certo (a) [hoofdtelwoord]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} um certo (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (a) [algemeen] {m} uma certa (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} uma certa (a) [hoofdtelwoord]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} uma certa (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (a) [algemeen] {m} um tal de (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} um tal de (a) [hoofdtelwoord]

NL PT Traduções para onderscheid

onderscheid (n) [verschil] {n} distinção (n) {f} [verschil]
onderscheid (n v) [characteristic of something that makes it different from something else] {n} diferença (n v) {f} [characteristic of something that makes it different from something else]
onderscheid (n) [verschil] {n} diferença (n) {f} [verschil]
onderscheid (n) [verschil] {n} desigualdade (n) {f} [verschil]
onderscheid (n) [verschil] {n} diferenciação (n) {f} [verschil]

NL PT Traduções para maken

maken (v n) [cause to become] deixar (v n) [cause to become]
maken (v) [aktie] tomar (v) [aktie]
maken (v) [algemeen] tomar (v) [algemeen]
maken (v) [winst] tomar (v) [winst]
maken (v) [aktie] fazer (v) [aktie]
maken (v) [algemeen] fazer (v) [algemeen]
maken (v) [winst] fazer (v) [winst]
maken (v) [aktie] alcançar (v) [aktie]
maken (v) [algemeen] alcançar (v) [algemeen]
maken (v) [winst] alcançar (v) [winst]

NL PT Traduções para tussen

tussen (prep) [Used to denote a mingling or intermixing] entre (prep) [Used to denote a mingling or intermixing]
tussen (prep) [between, specifically between two things] entre (prep) [between, specifically between two things]
tussen (prep) [in transit from one to the other] entre (prep) [in transit from one to the other]
tussen (o) [onder] entre (o) [onder]
tussen (prep) [one of, representing a choice] entre (prep) [one of, representing a choice]
tussen (o) [positie] entre (o) [positie]
tussen (o) [onder] no meio de (o) [onder]
tussen (o) [positie] no meio de (o) [positie]
tussen (prep) [Used to denote a mingling or intermixing] juntamente (prep) [Used to denote a mingling or intermixing] (prep)